Serc

Kruitfabriek

Buskruitmolen nr 3

Muiden Chemie

Was een kruitfariek gevestigd in Muiden. Vanwege de regelmatige ontploffingen was de fabriek bekend. De grrootste ontploffing in Nederland (buiten oorlogstijd) was hier. De fabriek was onderdeel van het kruitkartel dat in de tachtiger jaren kruit leverde aan Iran en Irak, die met elkaar in de Iran-Irakoorlog zaten.

De voorloper van "De Krijgsman" moet al vóór 1662 zijn opgericht in Amsterdam. Dit was een molen die in 1700 ontplofte.

In 1702 heeft het Amsterdamse stadsbestuur besloten dat de kruitproductie uit de stad weg moest. Daarom werd aan de Zuiderzee, nabij Muiden op 21 februari 1702 door de Vroedschap van Muiden toestemming gegeven aan Reinier van Cuyk om een kruitmolen op te richten. Er waren op dat moment vele fabriekjes die kruit maakten voor de Hollandse Admiraliteit. Gewoonlijk werd hiervoor een Rosmolen gebruikt.

In 1807 waren er in Nederland nog 12 kruitmolens. Ze hadden behalve een naam, ook een  nummer. In 1814 waren er nog 8 molens, namelijk de nummers 1 t/m 4 en 6 t/m 9. De Muidense molen was de nummer 2 en heette "De Krijgsman".

Kruitmolen nummer 7 stond in Rotterdam, deze werd na de ontploffing in 1827 niet meer opgebouwd.

Abraham Bredius kocht in 1831 de kruitfabriek en deze zou jarenlang in handen blijven van dit Amsterdams koopmansgeslacht.

In 1848 werden alle werkzaamheden voortgezet op de "Krijgsman".

In 1869 werd er herbouwd en kreeg de molen een stoommachine van 38 pk als krachtbron.

!9 januari 1883 kwamen er 13 medewerkerers door een ontploffing om het leven.

Ondanks de protesten uit Muiden werd de herbouw van de molen bij Koninklijk Besluit goedgekeurd.

In 1886 vielen er bij de ontploffing van de stoommachine, 2 doden. Een deel van de fabriek werd verwoest.

Na de Eerste Wereldoorlog werd op 1 januari 191 het bedrijf "De Gezamenlijke buskruitmakers van Noord-Holland, Utrecht en Zeeland". geliquideerd. De productie werd in 1922 hervat.

Op 20 juni 1922 werd een nieuwe N.V. Nederlandse Springstoffenfabriek opgericht door de Staat de Nederlanden en "de Buskruitmakers".

In 1924 en 1925 waren er weer verschillende ontploffingen die grote schade en slachtoffers veroorzaakten.

In de dertiger jaren zorgde een crisis voor enorme werkeloosheid, maar niet bij de fabriek. Er was veel vraag naar kruit door de oorlogsvoorbereidingen. Tijdens WO-II werd, uit angst voor sabotage, de productie stilgelegd. Al snel na de oorlog werd er weer opgestart om de te korten bij defensie aan te vullen.

17 januari 1947 vielen er 17 doden, waaronder 3 Muidenaren. Men was bezig granaten te ontmantelen en ongetrainde militairen lieten twee karretjes met op scherp staande granaten tegen elkaar botsen.

In 1948 ontplofte er nog een granaat waarbij een dode viel en een jaar later, door de ontploffing van de kruitmolen, viel er weer een dode.

In kruitopslagplaats "De Eendenkooi" lag 30.000 kilo explosieven opgeslagen. Deze opslagplaats vloog op 13 juni 1963 de lucht in. Door de locatie en de windrichting vielen er geen slachtoffers en was de schade beperkt gebleven.

De trytolfabriek ontplofte op 2 juni 1966. Er vielen toen vele lichtgewonden en er was toen veel schade in Muiden. In de wijk Zuidwest waren bijna alle ramen gesprongen en vele daken doorgezakt.  Groot verzet tegen de kruitfabriek ontstond er toen. Er werd gepleit voor verplaatsing naar de Flevopolder. Het bedrijf verweerde zich met als argument dat de bebouwing er later is gekomen.

Het bedrijf werd hernoemd tot "Muiden Chemie" toen het in 1972 fuseerde met het West-Duitse Dynamit Nobel AG. In 1983 vonden er twee explosies plaats, er kwamen 3 Surinamers en een Muidenaar om het leven. Er werkten veel Marokkanen en Surinamers in die tijd. De gastarbeiders durfden er na de ontploffingen niet meer te werken, ondanks dat er gedreigd werd met ontslag. Klachten van de medewerkers over niet goed functionerende centrifuges werden door de directie en arbeidsinspectie afgeschoven op de onervarenheid van de gastarbeiders. Omdat de gemeente Muiden geen herbouw wenste is het munitiedepot en een deel van de activiteiten verplaatst naar kruitfabriek Kollumerwaard, die in de dunbevolkte Lauwersmeerpolder stond. Deze locatie was van 1986 tot 1990 in gebruik.

In 1986 werd Muiden Chemie stilgelegd op verdenking van illegale kruitlevering aan Iran. De meeste medewerkers kregen ontslag en het bedrijf werd in 1990 failliet verklaard.

Op 20 augustus 2001 brandde er een loods met verpakkingsmateriaal uit. Het ging om tonnen met nitroglycerinerestanten, zo bleek uit onderzoek. Vermoed werd zelfontbranding maar dit is nooit bewezen.

Eind 2004 zijn alle activiteiten op het terrein gestaakt.